Onbewuste imitatie

Bijzonder dat er nog steeds wetenschappelijke weerstand is tegen het onderstaande onderzochte fenomeen imitatie:

“Het wetenschappelijke bewijs voor onbewuste imitatie is enorm en er zijn honderden wetenschappelijke artikelen over gepubliceerd. We hebben inmiddels een vrij goed beeld van de verschillende soorten gedrag die we allemaal onbewust imiteren en het lijkt erop dat we zo ongeveer alles imiteren. Hieronder volgt een greep uit de wetenschappelijke demonstraties:

-       Gelaatsexpressie

Heel veel onderzoek laat zien dat mensen spontaan de gelaatsexpressies van anderen imiteren. Zien we een glimlachend gezicht, dan glimlachen we zelf ook, zien we een fronsend gezicht, dan gaan we zelf ook fronsen.

-       Lichaamshouding

Als je een goed gesprek hebt met een groep mensen, ga dan eens achter overzitten en kijk hoeveel mensen dat na verloop van tijd ook gaan doen… Ook lichaamshouding wordt geïmiteerd.

-       Gebaren

Tijdens het praten maken we vaak armgebaren die anderen soms nadoen. Ook imiteren we, zoals we hebben gezien, volstrekt nutteloze gebaren, zoals wiebelen met de voet.

-       Dingen die te maken hebben met spraak

We nemen accenten over van anderen, maar ook syntaxis, woordkeuze, toonhoogte en zaken als de lengte van de pauzes tussen zinnen.”

 

Volgens Ap Dijksterhuis (Het slimme onbewuste) is imitatie “uiterst functioneel”.

Voor je veiligheid: mogelijk moet jezelf ook wegrennen wanneer iemand anders dat doet.

Voor je leervermogen: het nadoen, imiteren van gedrag van een professional is een effectieve manier van leren.

En ook als onderdeel van sociale processen: het is de “sociale lijm” die ons met elkaar verbindt.

Ap Dijksterhuis haalt een onderzoek aan van Rick van Baaren waaruit blijkt dat serveersters die een bestelling herhaalden 4 keer zoveel fooi kregen als collega’s die dat niet deden.

Wat maakt toch dat we als individu het regelmatig moeilijk vinden om te leren van anderen?